donderdag 23 mei 2013

Kaas

Op een zaterdagmiddag even de stad in lopen en dan inkopen gaan doen bij een kazenspeciaalzaak, heerlijk! Mijn favoriete kaaswinkel in de stad (De Kazerij, op de Twijnstraat) is van plafond tot vloer gevuld is met de heerlijkste kazen.
In de New York Times lees ik een artikel over hoe zout, suiker en vet in voedsel kan leiden tot overeten: waarom kun je na 1 stukje/ portie/ hap niet meer stoppen? Kaas is daar zo’n voorbeeld van. In het artikel wordt verteld dat de kaasconsumptie in Amerika is verdrievoudigd sinds de jaren ’70. En dat kaas steeds vaker als ingrediënt wordt gebruikt. Niet alleen op de pizza zit kaas, maar de korst van pizza wordt ingespoten met kaas, op heel veel gerechten kun je gesmolten kaas bestellen (over tonijn op een broodje: tuna-melt, en over patat: cheese-fries), en kaas wordt toegevoegd aan chips, crackers en koekjes. De auteur van het artikel beschrijft hoe het eetpatroon van Amerikanen wordt beïnvloed door de voedselindustrie. Zij doen dat door voedsel te creëren dat hoge concentraties vet, suiker of zout heeft. Want onze voedselkeuze is van nature gebaseerd op en wordt beïnvloed door voedingswaarde. Hoe meer voedingswaarde, des te aantrekkelijker/ lekkerder wordt het eten ervaren.  Dit wordt energie-smaak conditionering genoemd. Als je ver terug gaat in de tijd, is dit een natuurlijk overlevingsmechanisme in mens en dier. Want als er niet veel te eten is, dan is het wel zo slim om iets te eten dat veel voedingswaarde heeft. Dan kun je er een tijdje mee vooruit. Vandaar dat onze voorkeur uitgaat naar voedsel met veel calorieën.
Kaas eten dat kunnen we ook in Nederland wel. In cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek lees ik dat de kaasconsumptie in de jaren ’50 van de vorige eeuw nog 14 gram per dag was, nu is dat 49 gram per dag. Dat is ruim 3x zo veel. De manier waarop we kaas eten is ook veranderd. We eten vaker kaas als tussendoortje, we kiezen vaker voor buitenlandse kazen en gebruiken steeds meer verse kaas en geitenkaas. Daarnaast gebruiken we meer kaas bij de warme maaltijd.
Dat laatste merk ik ook op het spreekuur. Kaas is wordt toegevoegd aan pastamaaltijden, op pizza, in salades, in tosti’s, in stamppotten, wordt tijdens het borrelen gebruikt en vaak ook tijdens het koken wordt er kaas gegeten. Ook een bekende die ik vaak hoor: tijdens het afsnijden van een plak kaas voor op de boterham wordt er ook vaak een extra plakje in de mond gestopt.
Dat de kaasconsumptie is gestegen in de loop der jaren en dat ook het aantal mensen met overgewicht stijgt, is niet verwonderlijk. Kaas is namelijk een grote bron van vet. Let wel, verborgen vet. Want als je het hebt over vet eten, dan denken mensen op het spreekuur eigenlijk nooit op de eerste plaats aan kaas. Ik vertelde hierboven al dat de huidige consumptie van kaas nu 49 gram per dag is. De aanbeveling is 30 gram per dag, en bij voorkeur een magere soort (20+ of 30+).
Hoe pas je dan zo’n bezoek en de aankopen in een kaas speciaalzaak op een goede manier tóch in je leven? Door het te gebruiken als vleesvervanger, door er niet te veel van te eten en door dit niet al te vaak te doen. Bovendien houd je het dan ook echt speciaal.