donderdag 1 november 2012

Vogue

Ik heb een abonnement op de Amerikaanse Vogue. Dit tijdschrift bestaat inmiddels 120 jaar gaat (ja) over mode. En hoewel het leeuwendeel van de inhoud door mode wordt bepaald is het ook een bijbel wat betreft leefstijl, literatuur, levensverhalen, kunst, exposities, geschiedenis en cultuur.
Terwijl ik laatst door Vogue bladerde, viel mijn oog op een artikel geschreven door een moeder van een kind met obesitas. Zij vertelt hierin over de worsteling die zij en haar gezin hebben doorgemaakt wat betreft het gewicht van haar dochter. Ik vind het ontzettend interessant dit te lezen want ik begeleid in mijn dagelijks werk veel ouders van kinderen met overgewicht en obesitas. Zowel individueel op het spreekuur als in groepsverband in cursussen als Clubfit en Fitkids. Natuurlijk hoor ik van hen ook dat zij het heel moeilijk vinden om hiermee om te gaan, hoe ontzettend lastig het is om gedrag, (eet)gewoonten en leefstijl van henzelf als ouder en van hun kind te veranderen.

Ik zou dus allerminst verrast moeten zijn bij het lezen van het verhaal van deze moeder, maar misschien omdat het nu één verhaal is, helemaal achter elkaar verteld in een 4 pagina's beslaand artikel, klinkt het me toch anders in de oren. En tegelijkertijd ook heel herkenbaar.

Ze schrijft dat ze vanaf het derde levensjaar van haar dochter zag dat er een gestage gewichtstoename was. Ze probeerde dat in eerste instantie een beetje te negeren, te denken dat het vast weer over zou gaan als haar dochter een groeispurtje zou maken. Maar dat het gewicht steeds meer toenam en dat de kinderarts bij de leeftijd van 6 jaar ook zei dat ze te zwaar was en bij 7 jaar dat haar dochter obesitas had.

Heel treffend vind ik haar opmerking dat het hebben van overgewicht geen 'private struggle' is: iedereen kan het zien. En dat rond die tijd dat er sprake was van obesitas ook allerlei mensen ongevraagd advies gaven over wat en hoeveel zij haar dochter te eten zou moeten geven. Zij vond dat ontzettend moeilijk. In lijn daarmee is een onderzoek (Kelton Research survey) dat gedaan is in 2011 dat beschrijft dat mensen vinden dat het moeilijkste onderwerp om over te praten met hun kinderen niet sex of drugs is, maar lichaamsgewicht.

In de Verenigde Staten heeft ongeveer 30 procent van de kinderen overgewicht, 17 procent van de kinderen heeft obesitas. Dat betekent dat 1 op de 3 kinderen (ernstig) te zwaar is. We weten dat kinderen die tijdens de puberleeftijd te zwaar zijn, dat in 80% van de gevallen ook nog zijn op 25-jarige leeftijd. Als een kind al vóór de leeftijd van 8 jaar overgewicht heeft, dat de mate van overgewicht op volwassen leeftijd nog groter is. In Nederland heeft 16 procent van de kinderen overgewicht of obesitas. Dat komt neer op 1 op de 6-7 kinderen dat (ernstig) te zwaar is. Deze getallen betekenen misschien impliciet ook wel dat ouders het inderdaad heel moeilijk vinden om gedrag, gewoonten en leefstijl binnen het gezin te veranderen.

De moeder in het artikel beschrijft twee punten waarmee zij het meest moeite had. Het eerste punt is de mening van anderen. Ze vertelt dat ze in het begin vooral opmerkingen kreeg over wat ze haar dochter wel of niet te eten zou moeten geven. Daarna, als ze eenmaal zelf de gedragsverandering hebben ingezet en serieus aan de slag zijn met gezonder eten, minder eten, andere keuzes maken, zegt de moeder: ‘mensen kijken op dit moment even afkeurend als ik mijn dochter eten weiger als toen ik haar een ijsje gaf toen ze obesitas had’. Het tweede punt is de constante vraag om eten door haar dochter. De dochter zegt steeds weer dat ze honger heeft.

Op het spreekuur en tijdens de cursussen voor kinderen met overgewicht of obesitas (Power Kids, Fitkids en Clubfit4Utrecht) zeggen ouders dit ook heel vaak tegen mij. Vooral dat hun kind honger heeft, vinden ze erg vervelend. Een pedagoog legde het eens als volgt uit: als een kind vraagt om méér speelgoed of om langer op te mogen blijven, dan kunnen ouders heel makkelijk bedenken dat ze genoeg speelgoed hebben of dat lang opblijven leidt tot vermoeide en humeurige kinderen die niet goed kunnen opletten in de klas. Nee zeggen daarop is daarom niet zo moeilijk. Het nee zeggen op een vraag om meer eten is dat niet omdat we weten dat eten nodig is om te kunnen leven. Op een eerste levensbehoefte zeg je niet graag nee.
Door op het spreekuur te praten over wat, wanneer en hoeveel kinderen per leeftijdsgroep nodig hebben om gezond te blijven en te kunnen groeien, krijgen ouders inzicht in wanneer het echt genoeg is voor hun kind. Wanneer zij dus met een gerust hart nee kunnen zeggen.

Wat betreft de moeder en de dochter in het Vogue artikel: zij verloor in 1 jaar 7 kg en had tegen de tijd dat zij 8 jaar was (en weer naar de kinderarts moest voor controle) een gezond gewicht bereikt.