Of ik
ook zo word bestookt door mensen die opeens glutenvrij willen eten, vraagt een
huisarts aan mij. Nee, dat is niet zo. Maar ik lees er inderdaad wel heel veel
over op social media, in mode- en leefstijl tijdschriften, zie steeds meer restaurants
en eettentjes waar glutenvrij gegeten kan worden en de schappen in de
supermarkten waar producten staan die vrij zijn van (gluten, tarwe, lactose, noem
maar op), worden alleen maar groter. Op menu’s in restaurants kom ik de gekste dingen
tegen. Glutenvrije yoghurt bijvoorbeeld. Terwijl gluten alleen in graanproducten
voorkomen. Zuivel, kaas en vlees bevatten geen gluten.
In NRC
las ik een hilarisch artikel
van Bo van Houwelingen en Caroline van Keeken over hoe McDonalds het aanpakte
om de nieuwe glutenvrije producten in hun restaurants aan te kondigen tijdens
een persconferentie. “Dit is
Ab”, zegt ze [McDonalds communicatiedeskundige] over een man naast haar aan tafel. Hij staat op en voegt zich bij
haar. “Ab heeft een glutenallergie en kon daarom nooit bij McDonald’s eten met
zijn kleinkinderen.” Ab knikt weer. Nu wat treurig. “Dat vonden wij zo sneu. En
voor alle anderen met een glutenallergie natuurlijk, die geen hamburger konden
eten. Daarom ontwikkelden we dit nieuwe broodje, samen met de Nederlandse
Coeliakie Vereniging.” Het artikel eindigt ermee dat Ab zegt dat hij toch
al bij McDonalds kon eten, namelijk friet en salade.
Maar
het weglaten van gluten uit de voeding geeft voor veel mensen het gevoel dat
zij iets schadelijks weglaten en daardoor voelen zij minder misselijkheid,
buikpijn, moeheid. En het idee dat er gluten in de voeding zitten, geeft hen klachten,
ook al zijn ze er niet overgevoelig voor.
De voedingsindustrie
speelt hierop in. Elke hype levert geld op. Er zit een miljoenenindustrie
achter. Michael Specter schreef in The New Yorker
in 2015 al dat in 2016 de verkoop van glutenvrije producten 15 miljard dollar zou
overschrijden, dit is twee keer zoveel als in 2010. Met name zij hebben er
dus baat bij dat mensen hierin blijven geloven.