Ik ben
nog op vakantie als ik op sociale media van alles lees over een nieuw spel:
Pokemon Go. Het eerste wat ik erover lees op Twitter is een bericht van het
AMC: “Er is een zieke pokémon in het AMC - wij zullen goed voor ‘m zorgen. We
stellen het op prijs als je ‘m niet bezoekt.” Wat een raar bericht, denk ik dan
nog. Ik zoek er wat over op en ontdek dat het een spel is wat je kunt spelen
via een app op je telefoon. Het gaat om het vangen van Pokémon(figuurtjes) die
je op je pad tegenkomt. Het blijkt een spel te zijn wat heel veel mensen leuk
vinden en wat massaal omarmt is. Omdat ik zelf niet zo’n spelletjes-persoon
ben, denk ik er verder niet meer zo over na.
Dan
zit ik na een lange vlucht met mijn koffers in de trein op weg naar huis. Er
zitten mensen in de trein die praten over Pokémon Go. Ik zit er heel duf bij
met mijn jetlag en hoor het verhaal zo’n beetje half aan. Ze geven elkaar tips
hoe het werkt, wat een goede aanpak is en praten over hoe leuk ze het vinden.
Ik zie dat het mensen zijn die elkaar niet kenden. Het spelen van dit spel is
dus verbindend. Dan hoor ik de ene persoon tegen de anderen zeggen: in het
weekend deed ik nooit zoveel, ik liep hooguit een kilometer. Maar nu ik
verslaafd ben aan dit spel, loop ik elk weekend zéker 10 kilometer! Dat is
grappig om te horen. Want meestal zorgen spelletjes in apps juist voor mínder
beweging.
Eenmaal
thuis lees ik steeds meer over Pokemon Go. En het zijn vooral leuke berichten. An animal shelter in Muncie, Indiana, is using Pokémon
Go madness to get players to volunteer to walk dogs at the shelter. En: Kids addicted to Pokémon Go
are helping a local animal shelter by walking dog
In De
Volkskrant lees ik over jongeren met autisme: “Naar buiten gaan, bewegen, met
vreemden praten: drie dingen die mensen met autisme niet graag doen, maar die
hen met Pokémon Go ineens een stuk beter afgaan. Herman (27, autisme, naam
bekend bij de redactie). 'Ik praat niet met mensen die ik niet ken. Nooit. Maar
sinds anderhalve week stap ik zelfs op een groep vreemden af. Dan vraag ik
gewoon: zit er nog wat in de buurt?'
Dan
zegt mijn vriend, die altijd graag van alles uitprobeert op gebied van
(sociale) media, spellen en nieuwe hypes die interessant genoeg (voor hem)
zijn, dat hij het ook gaat proberen. Ik wil weleens weten hoe het werkt en of
het leuk is. De avond erna besluit ik mee te gaan. Hij speelt het spel en ik
wandel mee voor de gezelligheid. En vooruit, ook uit nieuwsgierigheid. We komen
heel veel mensen tegen die met hun telefoon in hun hand aan het lopen zijn. “Zij
spelen het ook allemaal” zegt mijn vriend zachtjes. Leuk om te zien! Al die
mensen op de been met een spel. Dit wordt een zomer vól beweging.