Eenmaal
daar aangekomen, krijgt hij niet alleen vaccinaties maar ook een snel
lichamelijk onderzoek. En hij moet op de weegschaal. ‘Vijf punt zeven kilo. Uw
kat is te zwaar’, zegt de dierenarts tegen mij. Hij begint een verhaal over
overgewicht en afvallen. En hij vraagt aan mij: ‘wat is zijn streefgewicht?’ Ik
bijt op mijn lip om een lach te onderdrukken. Moet ik nou zeggen dat ik diëtist
ben of niet? En het lijkt wel alsof ik mezelf hoor praten daar in die
spreekkamer. Behalve dan die vraag van het streefgewicht, die kwam zo
onverwacht dat ik daar geen antwoord op weet. Bovendien, wat hoort en flinke
kater eigenlijk te wegen? Geen idee.
We gaan
naar huis met de opdracht: minder eten geven en minder extraatjes. We gaan
ermee aan de slag en ik moet er enorm aan wennen. Onze kat is er zelf eigenlijk
heel snel aan gewend. Maar wat hij nog steeds wel doet, is in de keuken zitten
op het houten krukje dat er staat voor ons om iets uit de hoogste keukenkastjes
te pakken. Dat doet hij al zo lang we hem hebben, en met name als wij zelf in
de keuken bezig zijn met brood klaarmaken, koffie zetten en koken. Op dat
krukje zit hij altijd luidkeels te miauwen dat hij ook wat lekkers wil. Mij
vriend heeft zijn gedrag door en gaat het al ‘het zeurkrukje’ noemen.
Ik vertel
het verhaal een tijdje later aan mijn buurvrouw die regelmatig op onze kat
past. Zij moet erg lachen om mijn verhaal en ook om wat ik vertel over het
wennen: dat het vooral voor mij
wennen was om hem minder te geven. Al dat gemiauw van hem op dat krukje maakte
me erg aan het twijfelen of hij geen honger had. ‘Maar dat is toch jouw werk?
Jij praat toch de hele dag met mensen over gewenning, gewoontes en
gedragsverandering?’ zegt ze. Tja, dat is waar. Ik zie waar ze naar toe wil.
Mijn kat is gewend om iets te krijgen zodra wij in de keuken zijn en hij op
‘het zeurkrukje’ zit. Wij hebben hem dat aangeleerd.
Op mijn
spreekuur praat ik inderdaad met mensen over gewoontes en gewenning. Jezelf
aanleren om in bepaalde situaties te eten, wil niet zeggen dat je honger hebt
of dat je het eten echt nodig hebt. Denk maar aan snoepen bij tv kijken op de
bank. Of ’s avonds de koelkast opentrekken om te zien of er nog wat lekkers in
ligt. Hoofdhonger is dat, in plaats van maaghonger.
Doordat
mijn buurvrouw mij deze spiegel voorhoudt, krijg ik er meer vertrouwen in dat
ik het goed doe en mijn kat niets tekort doe. Inmiddels is het streefgewicht
bereikt!