donderdag 3 april 2014

Een opgewekt humeur

Jaren geleden kreeg ik van mijn moeder een doosje met kaneelsnoepjes waar ik dol op ben. De snoepjes waren een leuke verrassing, maar ook het doosje vond ik heel grappig. Daarop stond een afbeelding van een pelikaan en op het doosje stond de tekst: ’Het geheim van een opgewekt humeur!’ Omdat ik het doosje zo leuk vond heb ik het altijd bewaard.


Inmiddels ben ik ruim 10 jaar diëtist bij Careyn en praat ik dagelijks met mensen die emotioneel eetgedrag hebben. Hiermee bedoel ik dat ij gaan eten of snoepen of eetbuien krijgen bij het ervaren van emoties. Dat kunnen positieve emoties zijn: ‘ik heb het verdiend’ of ‘iets lekkers mag wel een keer’ of ‘nu is er iets te vieren’. Maar vaker nog zijn het negatieve emoties die eetbuien of snoepgedrag opwekken of tot teveel eten aanzetten. Boosheid, onvrede met een bepaalde situatie, moeheid, onrust, spanningen, angst, nervositeit, stress, verdriet, teleurstelling zijn aanleidingen.

Op mijn spreekuur komen mensen die heel graag willen afvallen. Gewicht verliezen is in theorie heel makkelijk: je moet minder calorieën gaan eten dan je gewend was. Als je een beetje minder eet, val je een beetje af. Als je veel minder eet, val je veel af. Alle mensen die op het spreekuur komen, hebben moeite met wennen aan minder eten en andere soorten eten kiezen. Het veranderen van gewoontes en aangeleerd gedrag kost veel moeite, inspanning en tijd. Voor mensen met emotioneel eetgedrag, wat natuurlijk ook een vorm is van aangeleerd gedrag, is de mate waarin zij hun gedragsverandering moeten volbrengen nog veel groter. Het heeft veel meer impact op de rest van hun leven.

Als je altijd gewend bent om vervelende gevoelens ‘weg te eten’ en je kiest ervoor om dit niet meer te (willen) doen, dan betekent het dat er heel veel op je af komt. Opeens moet je wél die gevoelens toelaten, aanvaarden en op een andere manier troost, rust en ontspanning zoeken. 

Mensen met emotioneel eetgedrag vertellen overigens dat het ‘weg eten’ natuurlijk ook maar heel kort werkt. Even voel je je niet meer boos, bang, verdrietig, gespannen maar daarna komen die gevoelens toch weer terug. Met vaak een overvol en misselijk gevoel van het over-eten. Het schuldgevoel, de schaamte en het gevoel van falen geven opnieuw heel veel negativiteit. Mensen denken van zichzelf (en van anderen!) dat ze niet gemotiveerd zijn om af te vallen. Want anders zouden ze hun gedrag toch wel veranderen? Maar met wilskracht heeft dit niets te maken. Het is een onkunde waar veel begeleiding en ondersteuning bij nodig is. Soms kan begeleiding door de diëtist voldoende zijn, soms is het goed om ook een psycholoog in te schakelen bij gedragsverandering. Het gaat niet altijd om het eten, maar om de achterliggende reden van het (over-) eten. Leren om anders met emoties om te gaan.


Als ik nu kijk naar mijn doosje, dan denk ik dat niet de snoepjes zorgen voor een opgewekt humeur, maar het doosje zelf. En natuurlijk een fijne herinnering aan het krijgen ervan.