Maar als je nou gedurende een lange periode te weinig slaap
krijgt, dan zijn de problemen veel groter en ernstiger. Vandaar de uitspraak te
weinig slaap is het nieuwe roken. Er is dan een grotere kans op hart- en
vaatziekten, diabetes en obesitas. Doordat
onze economie steeds meer naar een 24-uurs en 7-dagen-per-week gebeuren gaat,
zijn er ook steeds meer mensen die onregelmatig werken en dus ook onregelmatig
en te kort slapen.
Die kans op obesitas die heel groot is werd gevonden door een analyse die 10.000 mensen tussen 32 en 49 jaar die minder dan 7 uur slaap per
nacht hebben. En ook werd een studie beschreven die gedaan is op Harvard onder
82.000 verpleegkundigen die ook te weinig slaap kregen. De gewichtstoename en
het ontstaan van obesitas werd verklaard doordat niveau’s van ghreline en leptine
(beiden stofjes in ons lichaam die zorgen voor een verzadigd gevoel) lager
waren bij mensen die weinig slaap kregen.
Op het spreekuur zie ik ook mensen die in ploegendiensten
werken, onregelmatige werktijden hebben en ook verpleegkundigen. Ik herken bij
hen: eten uit moeheid, eten om energie te hebben om door te werken,
onregelmatig eten door wisselende diensten, niet meer weten hoeveel en hoe vaak
ze het best kunnen eten tijdens
nachtdiensten en avonddiensten (en bij het thuiskomen).
Het eten uit moeheid of eten om het gevoel te krijgen er
weer even tegen te kunnen, wordt versterkt door de beschikbaarheid van eten. Op
verpleegafdelingen is vaak veel lekkers aanwezig doordat patiënten trakteren
als het goed met ze gaat of als ze met ontslag gaan en op die manier hun dank
willen tonen aan de verpleegkundigen die zo goed en lief voor hun hebben
gezorgd. Op veel werkplekken zijn snoep- en frisdrankautomaten.
Het StAZ (stichting arbeidsmarkt ziekenhuizen) heeft een
boekje gemaakt over werken in de nacht. Het boekje bevat informatie, praktische
handvatten, tips en recepten die kunnen helpen gezond en veilig te werken bij
nachtdiensten. Hierin lees ik dezelfde adviezen die ik geef op het spreekuur:
blijf 3 maaltijden eten net zoals overdag, eet niet teveel, kies voor fruit als
tussendoortje, stop met snoepen en snacken. In het boekje wordt uitgelegd dat
het voor de ene persoon anders is en voelt dan voor de ander. Goed te bedenken
dat je dus ook met deze vragen bij de diëtist terecht kunt. Samen kunnen we een
plan op maat maken.