donderdag 7 april 2016

Combineren

‘Zijn er bepaalde combinaties met eten die ik niet mag maken?’ Die vraag krijgen mijn collega’s en ik vaak op het spreekuur. Is het een terechte vraag?


Combinaties
Alsof een dieet kan mislukken als je twee verschillende voedingsmiddelen met elkaar combineert en je dan eigenhandig je resultaat saboteert. Ik snap de vraag overigens wel. Het Montignac dieet was juist op dit idee gestoeld. In zijn dieet adviseert Montignac het gescheiden eten van koolhydraten en vetten. Doordat je een aantal dingen niet mag eten of niet in combinatie met elkaar mag eten, ga je vanzelf minder eten en val je af. Toch was de methode van Montignac niet goed onderbouwd. Zo is er geen onderzoek dat aantoont dat mensen afvallen door het gescheiden eten van koolhydraten en vetten. Het was gewoon zo ingewikkeld en praktisch slecht uitvoerbaar dat mensen er gewoon minder van gingen eten. Dan val je af.

Combinaties van voedsel die de opname van bepaalde vitamines en mineralen afremmen of stimuleren, kennen we wel. Denk aan thee of melkproducten en ijzerrijke voeding. Thee bevat polyfenolen en zuivel bevat calcium. Beide stoffen remmen de opname van ijzer. Terwijl juist de aanwezigheid van vitamine C bij een ijzerrijk voedingsmiddel de opname van ijzer bevordert. Groenten en fruit eten bij een ijzerrijk product wordt daarom aangeraden.

Maar als je gezond bent, goed gevarieerd en gezond eet en voldoende eet, dan maakt het echt niet uit welke combinaties je maakt met de voeding. We weten dat er bevorderende en remmende factoren zijn in de voeding, maar daar hoef je geen rekening mee te houden. En wat genoeg, gevarieerd en gezond is, dat kun je terugvinden in de Schijf van Vijf.

Vitamines
Hoe dat zit, dat je altijd voldoende vitamines en mineralen binnenkrijgt, heeft te maken met een berekening die de Gezondheidsraad gebruikt om zeker te zijn dat iedereen voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt met dezelfde brede aanbevelingen (aanbevelingen voor de algemene bevolking): de variatie coëfficiënt. Dit is een maat voor individuele afwijking van de norm. Als je een beetje thuis bent in de statistiek, dan snap je het; het is een soort standaarddeviatie.

Een simpel voorbeeld om het uit te leggen:  ijzer komt in onze voeding voor in de vorm van haem (dierlijke producten, vlees, vis gevogelte) en non-haem (planaardige producten, volkoren granen, groene bladgroenten). De biologisch beschikbaarheid van haemijzer is ongeveer 23%, dat betekent dat we van het haemijzer in onze voeding slecht 23% kunnen opnemen. De biologische beschikbaarheid van non-haemijzer is 8%. In Nederland is het absorptie percentage van ijzer 12% verhouding haem : non-haem = 1:3)

IJzer
De Gezondheidsraad geeft dan het algemene advies aan mannen (11 mg per dag) en vrouwen (15 mg per dag) als het gaat om de ijzer inname. De variatie coëfficiënt heeft rekening gehouden met de biologische beschikbaarheid van ijzer in onze voeding. De eigenlijke behoefte (als we ijzer 100% zouden kunnen opnemen) is voor mannen 1,3 mg en voor vrouwen 1,8 mg ijzer per dag. Maar met de huidige aanbevelingen, hoe je ook combineert met je voeding, krijg je altijd genoeg binnen.*

*Als je gezond bent en gevarieerd eet. Voor vegetariërs en veganisten, en voor vrouwen die zwanger zijn  of borstvoeding geven, is het moeilijker om voldoende ijzer binnen te krijgen.