donderdag 29 mei 2014

Onderweg


Eind mei 2014 was in het nieuws dat de stakingen door de schoonmakers voorbij waren. Zij hebben enkele weken gestaakt en dat was goed te merken in de treinen en op de stations. Mijn buurvrouw vertelde dat zij afgelopen week in de trein zat en zich bijna een weg moest banen door de bergen afval.

Ze vertelde dat het haar altijd al wel opviel dat er veel werd gegeten op het station en in de trein. "Op het station kun je je de wereld rond eten, zoveel soorten eten, gerechten maaltijdculturen zijn er te vinden", zegt ze. "Iedereen loopt er altijd maar te eten." Maar wat nog eens pijnlijk duidelijk werd door de stakingen van de schoonmakers, was dat de meeste mensen eten uit bakjes en plastic verpakkingen. Want nu lagen al die bakjes en verpakkingen opgestapeld en in het zicht.


Niet alleen een snack of tussendoortje of fruit wordt er gegeten op weg tussen werk en huis, maar complete maaltijden. Zij vroeg zich af waarom en waardoor mensen niet meer de tijd nemen om te eten thuis of op hun plek van bestemming. Blijkbaar is eten voor veel mensen iets dat even tussendoor moet, iets wat snel en makkelijk moet zijn.

Dat kunnen ongezonde maaltijden zijn, zoals fastfood. Maar ook kunnen dar maaltijden zijn die een zweem van gezondheid met zich meedragen, zonder werkelijk gezond te zijn. Denk aan (drie)dubbelbelegde broodjes ‘gezond’ en maaltijdsalades vol vlees, vis, noten, pitten, kaas en saus. Zo’n maaltijdsalade heeft vaak net zoveel calorieën als een pizza.


Ik vond het wel goed dat mijn buurvrouw dit ter sprake bracht. Want inderdaad, tijd nemen voor een maaltijd is ook een aspect van gezond eten. Het vormt een wezenlijk onderdeel van het gezinsleven: samen eten, de bespreken van dingen die je bezighouden, het oefenen van sociale vaardigheden zoals luisteren naar elkaar, met elkaar praten en discussiëren. En voor ouders is dit een moment om het goede voorbeeld te geven zodat hun kinderen daarvan leren. Binnen het gezin is het ook een manier om betrokken bij elkaar te blijven en daardoor hecht te zijn. Door samen te eten en een maaltijd te delen, leren kinderen beter proeven en leren zij beter verschillende smaken kennen. De ene keer hebben ze geluk en staat hun favoriete eten op tafel, de andere vinden ze het minder lekker, maar door het allemaal samen te eten, leren zij het gerecht wel te eten.



Niet alleen onderweg eten mensen snel, makkelijk, zonder aandacht, zonder echt te proeven en even tussendoor. Op het spreekuur vraag ik vaak aan mensen hoe zij thuis eten. Ontzettend vaak is dat niet aan tafel, niet allemaal tegelijk, zitten mensen bij de tv of is op z’n minst de tv aan. Ouders eten apart van hun kinderen, en in enkele extreme gevallen eten kinderen zelfs op hun slaapkamer bij hun eigen tv.

Ik hoop door de zorgen van mijn buurvrouw een podium te geven meer mensen aan het denken te zetten. En misschien zijn door de stakingen en de afvalbergen wel meer mensen aan het denken gezet.

donderdag 22 mei 2014

Wereld hypertensie dag


Afgelopen zaterdag was het wereld hypertensie dag. De dag van de hoge bloeddruk dus. Gemiddeld heeft 31,4% van de Nederlanders van 30 tot en met 70 jaar hypertensie. Dat betekent dat zij een bloeddruk hebben waarvan de bovendruk (systole) ≥ 140 mmHg en/of de onderdruk (diastole) ≥ 90 mmHg en/of dat zij bloeddrukverlagende medicatie gebruiken. Er zijn meer mannen met hypertensie en ook meer mensen met hypertensie bij het opklimmen van de leeftijd.

Gisteren was ik voor een inloopspreekuur in het Gezondheidscentrum Oog in Al. De apotheek had mij gevraagd om dit te doen als service naar hun cliënten. Mensen konden op die manier vragen stellen aan mij over de relatie tussen voeding en hun gezondheid(sproblemen). Inmiddels is dit het vierde jaar dat we dit in het voorjaar doen en elk jaar kiezen we vooraf een thema. Dit jaar was dat thema hypertensie.

Op deze ochtend kwamen er 9 mensen die vragen wilden stellen en geïnteresseerd waren in wat het veranderen van hun voedingspatroon voor hen zou kunnen doen bij hypertensie. En welke veranderingen dan nodig waren.

Alle mensen die ik zag (38-72 jaar) wisten stuk voor stuk te benoemen dat zout een boosdoener was.  De meesten gaven aan te letten op de hoeveelheid zout die zij gebruikten bij het klaarmaken van hun warme maaltijd.

Ik benoemde in het gesprek dat 80% van het zout dat dagelijks wordt gegeten niet door onszelf in het eten is gedaan. Het zit er al in doordat de fabrikant het eten smakelijker wil maken. Zout is namelijk en smaakversterker of smaakmaker. De belangrijkste bronnen van zout in de voeding zijn brood, vleesproducten en kaas. Ook zit er veel zout in  kant-en-klaarmaaltijden, pizza’s, soepen, sauzen en hartige snacks. Zout zit niet alleen in eten waarbij het goed te proeven is, maar bijvoorbeeld ook in roomijs, koekjes of gebak.

De mensen die dachten dat ze weinig zout gebruikten, gaven aan wel bouillon(blokjes) te gebruiken, maggi, aromatpoeder, ketjap. En natuurlijk kaas en vlees. Allemaal bronnen van zout. Voor hen kwam het als verrassing dat ze juist veel zout bleken te eten, terwijl ze dachten dat ze dat niet deden.

Afgelopen week las ik een stukje over een onderzoek naar smaakwaardering van zout. Uit dat onderzoek kwam naar voren dat juist mensen met een hoge bloeddruk zout eten het meest waarderen. Vier groepen proefpersonen (dertigers, gezond en met hypertensie en ouderen, gezond en met hypertensie) kregen 3 soorten brood te proeven: weinig zout, normale hoeveelheid en erg zout brood. Jonge proefpersonen vonden het zoutarme brood het lekkerst, ouderen vonden het zoute brood het lekkerst. In alle groepen vonden de mensen met hypertensie het zoute brood het lekkerst. Dat maakt veranderen van eetgewoonten extra moeilijk.

Ironisch genoeg werd in in de apotheek vanuit de Unversiteit Utrecht een onderzoek gedaan naar verspilling van medicatie. Hoewel het hier ging om het niet gebruiken en weggooien van kwalitatief goede medicatie kon ik toch niet begrijpen hoe het dan kon dat ik die ochtend doorlopend aan mensen had verteld hoe zij zelf hun bloeddruk konden verlagen, terwijl ze nu allemaal (meerdere) medicijnen gebruikten voor hun bloeddruk. Ook een vorm van verspilling lijkt me.

donderdag 15 mei 2014

Total body scan


In een bijlage van De Volkskrant van afgelopen weekend stond een artikel over de total body scan. In Duitsland bestaat de mogelijkheid al om in een privé kliniek deze scan te gebruiken bij preventieve diagnostiek. In Nederland is dit nog niet toegestaan, maar minister Schippers overweegt deze mogelijkheid. Daarom onderzoekt De Gezondheidsraad wat de voordelen en nadelen zijn.

In het artikel wordt beschreven dat mensen deze preventieve scans laten doen (op eigen kosten, het wordt niet vergoed), om een gevoel van veiligheid te krijgen. Dit is natuurlijk een schijnveiligheid. Buiten het feit dat dit een momentopname is, valt absoluut niet met zekerheid te zeggen of iemand gezond is. Aan de universiteit Greifswald wordt nu onderzoek gedaan naar het nut van de total body scan bij het ontdekken van afwijkingen en in welke mate het zinvol was dat het vroegtijdig werd ontdekt. De onderzoekers merkten op dat ‘de meesten van de 30.000 proefpersoenen die de scan ondergingen, ondanks uitgebreide voorlichting de indruk hadden dat zij na afloop naar huis zouden gaan met de wetenschap of zij gezond waren of niet.’

Je kunt je afvragen of de total body scan werkelijk tot gezondheidspreventie te rekenen valt. Het is heel passief, het is maar een moment en het meet lang niet alles wat een risico vormt voor de gezondheid. Op een heel andere manier zouden mensen bezig kunnen zijn met gezondheidspreventie. Denk maar aan niet roken, matig alcohol gebruiken, veel bewegen en natuurlijk gezond eten.

Dit voelt voor veel mensen heel anders dan even een scan laten maken. Het veranderen van je eet- en leefpatroon kost tijd, discipline, vraagt dagelijks aandacht en toewijding. Er is gedegen kennis voor nodig en uitermate grote inzet. Niet op een moment, maar elke dag opnieuw. Een gezond leefpatroon krijg je niet zomaar even. Een scan wel.

In mijn werk ben ik, samen met mijn collega diëtisten, Volksgezondheid (voorheen GG&GD) en de Gemeente Utrecht betrokken bij gezondheidspreventie. Dit houdt in dat wij in de wijken, op scholen, kinderdagverblijven, speeltuinen, (sport)kantines, buurthuizen, moskeeën, bibliotheken etc. voorlichtingen, scholingen en cursussen geven over gezond eten. En hoe je dit kunt toepassen voor jezelf, je gezin en in een voorbeeldfunctie in je werk en in de wijk waar je woont. De financiële middelen die wij hiervoor beschikbaar hebben, zijn in de afgelopen jaren steeds beperkter geworden. Dat is heel jammer en eigenlijk ook niet uit te leggen als je het artikel in De Volkskrant leest. Want ook hierin wordt verteld dat de total body scan niet alleen voor de betalende patiënt geld kost. Bij de uitslagen van de test die vragen om vervolgonderzoek (die 20%), wordt reguliere gezondheidszorg ingezet en dat gaat wel ten koste van de gezondheidszorg.  Lijkt mij dat die kosten beter ingezet kunnen worden in actieve gezondheidspreventie.

donderdag 8 mei 2014

(im)perfectie


Op mijn spreekuur komt een mevrouw die een iets te hoog cholesterolgehalte heeft, een iets te hoge bloeddruk en net een paar kilo teveel gewicht. Door aanpassingen te maken in haar eetpatroon: minder kaas, minder drop, bewuster omgaan met eten en tussendoortjes, lukt het haar om al deze waarden te verbeteren. Wat ze ook op haar doelenlijstje heeft staan, is meer bewegen en sporten. En juist dat laatste, dat komt niet zo van de grond. Dat komt doordat zij had bedacht dat ze elke dag wel kon hardlopen. Vroeger had ze dat ook een tijdje gedaan en daarom wilde ze het wel weer gaan doen. Ze zag er veel voordelen van: je kunt meteen beginnen als je je voordeur uitstapt, je kan het doen op elk moment dat je zelf kiest, het is fijn omdat het in de buitenlucht is. Je zou zeggen dat het haar wel zou lukken.

Maar doordat zij had bedacht dat ze dit elke dag, of tenminste 5 dagen per week zou moeten gaan, lukte het niet. En dan bedoel ik ook helemaal niet. Omdat zij niet letterlijk elke dag kon lopen (geen zin, geen tijd, te moe, te druk… noem maar op), ging ze uiteindelijk helemaal niet. En maandenlang kwam ze op het spreekuur en zei ze tegen me dat het weer niet was gelukt. Het veranderen van haar eetgewoonten was haar makkelijker afgegaan dan structureel sporten. Als het niet perfect ging zoals ze had bedacht, dan ging het helemaal niet.



Ook met het veranderen van eetgewoonten zie ik mensen hun eetgedrag die altijd beoordelen in goed of fout. Als het goed gaat (ook weer naar hun zelf bedachte maatstaven) dan gaat het goed, kunnen ze het volhouden en hebben ze succes. Maar als het dan fout gaat, dan voelt het echt als fout en als falen. Dan gaat het compleet mis. Ze geven het op, stoppen ermee en geloven ook niet dat ze het weer goed kunnen doen. Ze hebben het gevoel dat het verpest is, dat het nu toch geen zin meer heeft, dat het toch niet meer gaat lukken. Dit is voor volhouden, het bereiken en behouden van hun doel natuurlijk funest.


Ik vind het heel jammer, die alles of niets mentaliteit. Want wanneer kun je nu iets perfect doen? En waarom zou je dat willen? Om je gezondheid te verbeteren en om zo gezond mogelijk te blijven, is het goed om bewust te eten. Niet om het perfect te doen, of om nooit meer iets te snoepen. En wie bepaalt eigenlijk wanneer het mislukt is? Dat bepaal je zelf! Als je de lat veel te hoog legt, kun je nooit aan je eigen eisen voldoen en dan faal je bijna altijd. Dat is niet leuk, zorgt voor teleurstelling, mismoedigheid, neerslachtigheid en minder zelfvertrouwen.

Door haalbare doelen te stellen, maak je het leuker voor jezelf: het is beter vol te houden, je bent succesvol, je zelfvertrouwen groeit en je doet goed voor je gezondheid. Voor nu en de toekomst.

donderdag 1 mei 2014

Slaap

Een tijdje geleden schreef ik mijn blog Zitten is het nieuwe roken. Deze week las ik op twitter dat te weinig slaap het nieuwe roken is.  Onder een nacht te kort slapen wordt verstaan: minder dan 7 uur slaap. Dit zorgt voor meer honger, grotere kans op ongelukken, er minder goed en minder benaderbaar uitzien, meer kans om verkouden te worden, kans om hersencellen te verliezen, grotere kans om emotioneel te worden en grotere kans op verlies van concentratie en slechter geheugen. En dat allemaal na 1 nacht te kort slapen! Ik las in dat artikel ook dat 59% van de Amerikanen wel voldoende slaap krijgt. Hoe dat in Nederland zit, geen idee.
Maar als je nou gedurende een lange periode te weinig slaap krijgt, dan zijn de problemen veel groter en ernstiger. Vandaar de uitspraak te weinig slaap is het nieuwe roken. Er is dan een grotere kans op hart- en vaatziekten,  diabetes en obesitas. Doordat onze economie steeds meer naar een 24-uurs en 7-dagen-per-week gebeuren gaat, zijn er ook steeds meer mensen die onregelmatig werken en dus ook onregelmatig en te kort slapen.
Die kans op obesitas die heel groot is werd gevonden door een analyse die 10.000 mensen tussen 32 en 49 jaar die minder dan 7 uur slaap per nacht hebben. En ook werd een studie beschreven die gedaan is op Harvard onder 82.000 verpleegkundigen die ook te weinig slaap kregen. De gewichtstoename en het ontstaan van obesitas werd verklaard doordat niveau’s van ghreline en leptine (beiden stofjes in ons lichaam die zorgen voor een verzadigd gevoel) lager waren bij mensen die weinig slaap kregen.
Op het spreekuur zie ik ook mensen die in ploegendiensten werken, onregelmatige werktijden hebben en ook verpleegkundigen. Ik herken bij hen: eten uit moeheid, eten om energie te hebben om door te werken, onregelmatig eten door wisselende diensten, niet meer weten hoeveel en hoe vaak ze het best kunnen  eten tijdens nachtdiensten en avonddiensten (en bij het thuiskomen).
Het eten uit moeheid of eten om het gevoel te krijgen er weer even tegen te kunnen, wordt versterkt door de beschikbaarheid van eten. Op verpleegafdelingen is vaak veel lekkers aanwezig doordat patiënten trakteren als het goed met ze gaat of als ze met ontslag gaan en op die manier hun dank willen tonen aan de verpleegkundigen die zo goed en lief voor hun hebben gezorgd. Op veel werkplekken zijn snoep- en frisdrankautomaten.
Het StAZ (stichting arbeidsmarkt ziekenhuizen) heeft een boekje gemaakt over werken in de nacht. Het boekje bevat informatie, praktische handvatten, tips en recepten die kunnen helpen gezond en veilig te werken bij nachtdiensten. Hierin lees ik dezelfde adviezen die ik geef op het spreekuur: blijf 3 maaltijden eten net zoals overdag, eet niet teveel, kies voor fruit als tussendoortje, stop met snoepen en snacken. In het boekje wordt uitgelegd dat het voor de ene persoon anders is en voelt dan voor de ander. Goed te bedenken dat je dus ook met deze vragen bij de diëtist terecht kunt. Samen kunnen we een plan op maat maken.