De portiegrootte is berekend door de ingrediënten per gerecht uit te rekenen in calorieën. De gemiddelde portiegrootte per gerecht (van de 21 gerechten in het kookboek) was 21% groter in 2009 dan in 1909. Als werd gekeken naar samengestelde gerechten (zetmeelcomponent, groenten, vlees, saus of jus), dan was de portiegrootte in calorieën gestegen met 77% ! Uitgesplitst per component was de portiegrootte van vlees gestegen met 27%, van zetmeelprodukten met 148%, van groenten met 37% en van saus met 47%. Conclusie van de onderzoekers was dan ook dat de portiegrootte van typisch Deense gerechten aanzienlijk is gestegen in de afgelopen 100 jaar en dat dat een belangrijke factor is bij het risico op het ontwikkelen van overgewicht en obesitas.
Het tweede artikel
dat ik las was een artikel in The New York Times, dat ging over het leeg eten
van het bord. Zeker in het licht van het hierboven beschreven artikel, was dit
interessant. Want zeker als we de laatste 100 jaar alleen maar méér zijn gaan
eten, dan is het (moeten) leeg eten van het bord op zijn minst betwistbaar.
Kinderen worden geboren met het vermogen te eten naar
behoefte. Het hele idee van borstvoeding is hier natuurlijk op gestoeld. De
borstvoeding wordt bij de moeder aangemaakt naar de behoefte van het kind. Maar
ook daarna, als het kind groter wordt (peuter, kleuter) is het goed in staat
hoeveelheden te eten die bij hem passen. Natuurlijk bepaalt de ouder: wat, waar
en wanneer er gegeten wordt. Er zijn tijden geweest (denk aan onze overgrootouders,
grootouders en ook onze ouders) dat eten niet in overvloed was.
Toen was het heel belangrijk om te eten wat er was op het moment dat het
beschikbaar was. Vandaar dat het leeg eten van het bord door hen als heel
belangrijk werd ervaren. De generaties van nu hebben die associatie niet of
minder. Eten is er altijd en overal. In 2007 een onderzoek waaruit bleek dat
toch 85% van de ouders hun kind proberen tijdens de maaltijd méér te laten eten
door ze te complimenteren, aan te moedigen, uit te leggen waarom en door te
belonen met voedsel (het toetje, bijvoorbeeld!).
Misschien door deze beide artikelen naast elkaar en door
ouders bewuster te maken van de keuzes die bij hen liggen (de 3 W’s, zie boven),
wordt het makkelijker om alleen nog de hoeveelheid
wel door hun kind zelf te laten bepalen.